Een kilometer of tien onder de Puist van de Provence, Midlife Mountain, kortom de Mont Ventoux, ligt een adembenemend mooie kloof, een canyon, een gorge. De steile vallei is uitgesleten door de rivier de Nesque. Kortom: dit is de Gorges de la Nesque. Het moet een van de mooiste plekken van Europa zijn. En hij is zo enorm geschikt om doorheen te fietsen, dat je bijna denkt: eerst was er de fiets en toen hebben ze de Gorges de la Nesque uitgehakt.
Aan één kant hangt een prima, rustige weg enkele tientallen meters boven de Nesque. Op de strook asfalt van een kilometer of zestien met magnifiek uitzicht kunnen alle fietstypen. De weg slingert langs afgronden, onder rotsen en door een handvol uit de rotsen gehouwen tunnels. Die zijn zo krap dat ze voor de prettige bijkomstigheid zorgen dat alleen personenwagens door deze gorges kunnen. Al met al balsem voor de fietsende ziel.
De 16 kilometers van de Gorges de la Nesque passen in verschillende fietsroutes, met en zonder de Mont Ventoux. Het hoogteverschil over die afstand is een kleine 500 meter, zeg maar een kleine 4 procent gemiddeld. Alle gelegenheid dus om je door de omgeving te laten overweldigen.
En ook de moeite waard: even stoppen als je echt het gevoel hebt in de kloof te zijn en proberen je komende route te onderscheiden in de begroeide rotsen. Komende vanaf het plaatsje Villes-sur-Auzon stoppen veel fietsers bij het fotogenieke eerste tunneltje en zoeken het vervolg van de klim. Fietsers die van de andere kant komen, van Monieux, stoppen bij de poort naar de Gorges de la Nesque. Vanaf deze uitkijkpost op het hoogste punt turen fietsers naar de afdaling die ze gaan maken.
Een mooi rondje van circa 55 kilometer begint en eindigt in Villes-sur-Auzon. Laten we het mooist, de kloof, voor het laatst bewaren. Eerst over de kalme D14 naar Méthamis en over de D5 door naar Saint-Hubert - rustig klimmen van 250 naar 825 meter. Onderweg: een 15e-eeuwse kapel. Daarna over de D96 afdalen naar keerpunt Monieux. De geur: lavendel. Het asfalt: ruig, op een raadselachtig stuk biljartlaken na, ideaal om de hoogste snelheid van de dag te klokken.
Vanaf Monieux – een tegen de rotsen aangeplakt dorpje waar het prima stoppen is voor een consumptie – gaat het een luttele honderd hoogtemeters gemoedelijk omhoog over de D942 naar de poort van de Gorges. Daarna: alleen nog maar dalen, de hele kloof door. En genieten. Geen zin om te trappen? Hoeft ook niet. Dat is wel het geval als je precies hetzelfde rondje de andere kant op doet. Evenzeer smullen.
Wie de kloof wil combineren met de Mont Ventoux, heeft wat meer en zwaardere kilometers te verstouwen. En het kan behoorlijk warm zijn. De lichtste variant is een rondje van een kilometer of 65 vanaf Sault: vandaar de Mont Ventoux op, bij Chalet Reynard dalen naar Bédoin. Vandaar over het vlakke naar Villes-sur-Auzon en dan klimmen naar De Kloof. Van Monieux is het nog een klein stukje terug naar Sault. Dit rondje kan natuurlijk ook vanaf Bédoin en net zo makkelijk precies andersom. Hoewel, net zo makkelijk: andersom is een stuk zwaarder, want dan gaat het door het gevreesde bos.
Robert Giebels, verslaggever van de Volkskrant
