Vrijdag 9 juli. Het is 8h45 wanneer ik aan het Office du Tourisme in Sault sta. Het is nu al ongenadig warm - dat belooft voor de rest van de dag! Vandaag gaat Johan zijn eerste col oprijden en ik ben er om hem te ondersteunen. Morgen zal hij voor mij hetzelfde doen wanneer ik zal proberen om de Kale Berg vijf keer te beklimmen en Diable du Ventoux te worden.

Klim 1 - Bedoin
Vrijdag 9 juli - 23h55. Bandjes oppompen, ketting smeren en checken of de remmen niet slepen. Het is op dit moment nog altijd aangenaam warm in Bédoin dus ik besluit om met een 3/4 broek te rijden en een shirt met lange mouwen van Peak Performance. Om 0h01 zit ik op de fiets - perfect op schema! Vannacht zal mijn vader, Marc, me begeleiden. Zijn ongelooflijke ervaring op deze berg zal me zeker van pas komen en wel sneller dan ik denk: in de bocht van Saint-Estève blijkt dat ik te hard van stapel loop. Op mijn hartslagschema zie je dat mijn hartslag de hoogste waarden bereikt in de eerste vijf kilometer van de klim wat natuurlijk alle logica tart. Ik overleg met mijn vader en mik om de rest van de klim niet boven hartslag 150 uit te komen. Ik probeer te genieten van de stilte in het bos maar word af en toe opgeschrikt door geritsel in het bos.

Na Chalet Reynard heb ik in de relatief vlakke bochten de wind in het voordeel en probeer ik zo veel mogelijk te recupereren. Een kleine drie kilometer voor de top besluit ik toch een extra vestje aan te trekken - de temperatuur is nog zeer aangenaam maar ik ben kletsnat van het zweet en de wind maakt het toch wat frisjes. Boven gekomen eet ik nog snel iets en hoop ik dat ik de afdaling overleef. Twee jaar geleden probeerde ik al een eerste keer Diable te worden maar tijdens de eerste afdaling kreeg ik maagproblemen, waardoor ik moest opgeven. Na drie bochten moet ik een paar keer serieus slikken maar ik kan gelukkig verder gaan. In Malaucène doe ik een vers shirt aan en vertrek voor de tweede beklimming.

Klim 2 - Malaucène
Ik besluit om tijdens de tweede beklimming nog iets meer op reserve te rijden en niet boven hartslag 145 te gaan. Na enkele kilometers merk ik dat ik mijn ogen amper open kan houden en ik moet twee keer even stoppen om terug wakker te worden. Door de begeleiding van Johan en de warmte de dag voordien, heb ik onvoldoende kunnen rusten en nu betaal ik hiervoor de tol. Een kilometer voor Chalet Liotard besluit ik om een langere rustpauze in te lassen en wat in de auto te slapen. Op voorhand hadden mijn vader en ik een schema uitgerekend dat me vier uur reserve oplevert - een dutje van drie kwartier brengt me niet in problemen.

Driekwartier later doe ik een verse fietsuitrusting van NetApp aan en haal de verlichting van mijn fiets - de zon is nu al een tijdje op. Ook voor Marc is het een lange nacht geweest en hij geeft aan dat hij ook wat rust nodig heeft om mij verder op de dag te kunnen begeleiden op de Routes Forestières. Na een korte maar pittige discussie zie ik in dat hij gelijk heeft. Toen ik Galérien werd had ik het ongelooflijk moeilijk tijdens de Route Forestière en ik zal straks zijn morele steun zeker kunnen gebruiken. We spreken af dat ik afdaal naar Sault en de derde beklimming zonder begeleiding zal aanvatten. Het vooruitzicht bezorgt me toch enige stress en de eerste kilometers na Chalet Liotard ga ik iets te diep. De afdaling naar Sault gaat goed maar zoals steeds snijdt de klim naar het dorpje me de benen af - hier is het altijd afzien! Het is al behoorlijk warm en ik sla ruim voldoende water in de plaatselijke bakkerij.

Klim 3 - Sault
De derde klim verloopt zeer goed en ik kan me quasi perfect aan mijn doelhartslag van 150 houden. Op de top haal ik mijn stempel in de souvenirwinkel en zie iemand met een stempelkaart van de Cinglé. De Limburger in kwestie heeft er net zijn eerste klim opzitten en schrikt duidelijk als hij hoort dat ik er al een Cinglé heb opzitten. We wensen elkaar veel succes en ik daal af naar Bédoin waar Johan, Marc en An (mijn moeder) me opwachten. Ik eet een belegd broodje en begin aan de vierde klim die me over de Route des Cèdres en Plaine des Hermitants zal voeren.

Klim 4 - Route des Cèdres - les Grands Pins - Route des Chamois
Na de fietswissel aan de Route des Cèdres is het afzien: het is nu echt heet en het zweet stroomt van me af. Blijven drinken is de boodschap! Bovendien heb ik het opnieuw moeilijk om mijn ogen open te houden. Ik weet dat Marc nu de Route Joseph Eymard aan het verkennen is en me daarna tegemoet zal rijden. We hebben ingeschat dat we elkaar twee kilometer voor Grands Pins zullen ontmoeten. Ik krijg dan ook een mentale tik als de ontmoeting een kilometer eerder plaatsvindt. Op het resterende stuk voor Grands Pins beleef ik mijn moeliijkste momenten van de dag: de eerder dan verwachte ontmoeting, de hitte en de vermoeidheid eisen hun tol en ik moet geregeld een korte rustpauze inlassen om te recupereren en mezelf moed in te spreken. De vermoeidheid blijkt ook duidelijk uit mijn hartslag die ik nu nog amper boven de 140 krijg. Gelukkig weet ik dat de laatste kilometers voor Plaine des Hermitants licht dalend zijn en kan ik me hieraan optrekken. Ik zal daar ook een tweede langere rustpauze inlassen en nog wat proberen te slapen.

Een uurtje later begin ik aan de laatste zes kilometer van de vierde beklimming, die ik afleg met assistentie van Johan. Ik merk dat de siesta me deugd heeft gedaan: mijn hartslag gaat weer richting 150 en ik haal zelfs nog een aantal mensen in. Elke kilometer staat Johan me aan te moedigen en hij geeft me ook wat extra eten en drank. In tegenstelling tot vroeger slaag ik er ook in om te blijven eten en drinken - tijdens mijn Galérien moest ik me soms echt forceren om iets te eten; nu lukt het me om alert te blijven en gaat alle voeding vlot door de keel. De wetenschap dat ik méér dan voldoende tijd heb om Diable te worden geeft me vleugels!

Na een incidentloze afdaling overleg ik nog even met Marc en Johan. Papa en ik spreken af om de vijfde klim helemaal samen af te werken: ik op de koersfiets en mountainbike - papa volledig op de mountainbike. Voor hem uiteraard een makkie! Uit voorzorg neem ik nog een lange pauze en slaap nog wat bij. De douche achteraf zorgt voor een extra opkikker!

Klim 5 - Route des Cèdres - les Grands Pins - Tournant de l'Anglais
Om tien voor zeven vertrekken we - vijftig minuten later zijn we aan het begin van de Route des Cèdres. Zo goed als geen verval ten opzichte van de vierde klim, perfect! Tien minuten later staan we klaar om de Route des Cèdres aan te vallen. Bij het vertrek blijkt dat ik mijn koersschoenen nog aan heb – ik ben wellicht iets té euforisch aan het worden. Ik trek snel mijn mountainbikeschoenen aan en weg zijn we. We spreken af dat Johan ons aan Tournant des Anglais zal opwachten om tien uur. We houden rekening met wat extra verval en dit geeft ons nog altijd tijd genoeg om het laatste stuk van de klim en de afdaling te rijden. Ook tijdens deze beklimming krijg ik mijn hartslag niet meer boven 140 en af en toe rijdt Marc van me weg. Gelukkig weet ik dat het stuk na Grands Pins beduidend minder lastig is en dat geeft me moed. We zijn vroeger dan verwacht aan Tournant de l'Anglais en twijfelen even om met onze mountainbikes verder te rijden tot de top. Uiteindelijk besluiten we om toch op Johan te wachten om nog wat extra mondvoorraad in te slaan.

De laatste zes kilometer zijn nog behoorlijk zwaar met af en toe de wind op kop. Uiteindelijk zijn we om twintig voor elf op de top en vind ik nog de kracht om te demarreren en voor Marc op de top te zijn. Als trotse vader laat hij het graag gebeuren. Na de felicitaties en de korte fotosessie dalen we af: Marc rijdt voorop, gevolgd door mij en Johan in de wagen. Opnieuw voel ik me de eerste bochten minder dan kiplekker maar gaat het al snel over. Iets voor half twaalf zijn we terug in Bédoin en ben ik Diable du Ventoux! Het is een zalig gevoel dat ik nog graag op een terrasje deel met de mensen die me vandaag hebben ondersteund: mama, papa en Johan.

Tenslotte wil ik Laura, mijn verloofde, ongelooflijk hard bedanken voor alle steun en enthousiasme tijdens de voorbereiding!